Tagarchief: kleine broodjes

Meergranenbroodjes met desem en gist- bevat gluten

Deze meergranenbroodjes zijn ontstaan omdat ik zuurdesembroodjes wilde maken van verschillende restjes meel. Dit lukte heel goed, soms ontstaan zo de mooiste baksels. Als basis voor het zuurdesem kun je volkorenspeltmeel, volkorentarwemeel of emmermeel kiezen, als het desem maar van puur volkorenmeel is. Maak voldoende zuurdesem door de avond voor de bakdag een deel van je moederdeeg bij te voeden. Voor het meelmengsel om verder te bakken koos ik vooral tarwebloem. Daarbij voegde ik wat maismeel en boekweitmeel. Deze twee soorten meel zijn glutenvrije meelsoorten met veel smaak en het is leuk om deze meelsoorten eens te proberen in je brood als verrijking van je smaakpalet. Strikt genomen zijn dit geen echte graansoorten maar pseudogranen. Wil je hier meer over weten kijk dan eens op mijn blog bij niet alledaagse glutenvrije meelsoorten. Het tv-programma Keuringsdienst van Waarde heeft hier een leuk item over gemaakt op 1 april 2021 en kun je hier vinden.
Doordat het ontstane meergranendeeg wat armer is aan gluten, een plakstof in tarwe, moet het niet te droog zijn. Het deeg wordt door de zuurdesem slap en luchtig, je hoeft het niet heel lang te kneden. De gist deed ik erbij om het deeg extra luchtig te maken en om het glutenarme deeg makkelijker te laten rijzen. Door de combinatie van van desem en gist ontstaat een zogenaamd hybride deeg. Door lang rijzen, veel meelsoorten plus de zuurdesem en de gist ontstonden deze luchtige, licht verteerbare lichtbruine broodjes. Ze hebben een heerlijke smaak die sterk lijkt op een pain de campagne, het Franse landbrood.
Voor het zuurdesem maken, klik hier voor meer tips.

lichte tarwebr.desem en gist ap kl

lichte meergranenbroodjes met zuurdesem en gist gebakken

Wat heb je nodig voor de 15 meergranenbroodjes met gist en desem?

160 gram zuurdesem, de avond tevoren 20 gram moederdeeg voeden met 70 gram volkorenmeel en 70 gram lauw water, goed doorroeren en 12 uur laten fermenteren.
420 gram tarwebloem
30 gram maismeel van fijne polentakwaliteit (mediterrane winkel)
50 gram boekweitmeel
8 gram gedroogde instantgist
9 gram bakkerszout
1 eetlepel koolzaadolie/olijfolie
1 eetlepel sinaasappelsuiker
1 eetlepel lichte basterdsuiker
320 gram lauwwarm water

maismeel om te strooien en wat olie om in te vetten

De bereiding:

Maak de desem de avond tevoren door 20 gram moederdeeg te voeden met 70 gram volkorenmeel en 70 gram lauw water, goed doorroeren en 12 uur laten fermenteren in een kommetje met los deksel.
Weeg in de ochtend erna de meelsoorten af en meng ze in een grote mengkom. Voeg dan eerst de droge delen toe zoals de gist, zout, suikers en meng dit goed.
Voeg dan de olie, de desem en het water toe en meng dit goed door elkaar en kneed dit enkele minuten. Dek de mengkom, die je licht hebt ingevet met wat olie tegen het plakken, af met een dunne plastic zak en laat het deeg 3 uur rijzen. Het is daarna een slap luchtig deeg.
Bestrooi je werktafel daarna met een weinig maismeel en stort dit deeg erop. Nu niet kneden. Je kunt nu het deeg met een deegsteker in ongeveer 15 vierkantjes of driehoekjes steken óf je maakt er bolletjes van door de stukjes op te bollen met je handen die licht ingevet zijn met wat olie. Ga nu de broodjes opbollen.
Dit doe je door met je vingers de zijkanten van de deegstukjes naar beneden te duwen en ondertussen het bolletje rond te draaien. Druk en vouw de zijkanten van de deegstukjes steeds naar het midden zodat alle deegvouwen op een punt komen. Draai het broodje dan om met de vouwtjes naar beneden en druk het dan verder rond tussen je handpalmen terwijl het op je werkblad ligt. Leg de broodjes op een bakplaat met bakpapier en druk ze iets platter, ze rijzen straks weer wat hoger.
Al doende leer je dit steeds beter, niet opgeven als je broodjes de eerste keer niet mooi rond zijn geworden, ze smaken toch wel! Een andere techniek voor opbollen op een filmpje vind je hier.
Probeer geen extra meel in het deeg te verwerken anders wordt het broodje snel te droog en minder mals.
Leg de deegstukjes op een bakplaat met bakpapier en laat deze nog een half uurtje narijzen onder een schone doek of grote dunne, schone plastic zak tegen het uitdrogen.

Verwarm de oven voor op 225 graden Celsius en zet een vuurvast schaaltje met wat water onder in de oven. Let op voor hete stoom als je de oven opent.
Bak de broodjes eerst 5 minuten op 225 graden, daarna  20 minuten op 200 graden Celsius, vergeet niet kookwekker aan te zetten en oventemperatuur terug te zetten!
Ze blijven vrij licht van kleur door het mais-en boekweitmeel, hebben een knapperige korst en een zachte en tevens stevige kruim.

Heerlijk bij soep en lunch.

Havermoutbollen – bevat gluten

Deze kloeke havermoutbroodjes stillen de stevige trek want ze zijn flink in omvang. Je mag ze natuurlijk ook wat kleiner maken maar ik vond het een mooie maat want het past op een bakplaat. Ik ben dol op havermout, het is gezond en voedzaam. Havermout heeft een nootachtige smaak en zorgt voor een heleboel extra vezels en de broodjes zijn daarom heerlijk om op te knabbelen. Een smakelijke vulling van krenten en rozijnen is in de broodjes gestopt. De havermoutbollen werden heerlijk vol van smaak en luchtig doordat ik er actieve tarwe-zuurdesem in deed plús gist, een combinatie van rijsmiddelen die altijd lukt, zeker voor de beginnende zuurdesembakker en ook prettig als je iets minder tijd hebt. Meer tips voor zuurdesem maken vind je ook in mijn blog. Maak het benodigde desem de avond van tevoren actief met vers meel en water, dan kun je daags erna beginnen, zie het recept. De havermoutbroodjes smaken heerlijk bij een lunch of maaltijdsalade en bij een warme maaltijd met een lekkere warme saus.
Tip: Een uitkomst is het om paphavermout te gebruiken als je voorraadje havermeel van de molen net te weinig is: heb je een elektrische koffiemolen dan is dit makkelijk hiermee zelf te maken en heel goedkoop.

havermoutbollen

flinke havermoutbroodjes voor de stevige trek

Wat heb je nodig voor 11 grote havermoutbroodjes?

100 gram actieve desem die je de avond van tevoren hebt gemaakt door 10 gram moederdeeg te voeden met 45 gram volkorenmeel en 45 gram lauwwarm water.
300 gram volkorentarwemeel
300 gram tarwebloem
75 gram havermout van papkwaliteit
12 gram bakkerszout
9 gram gedroogde instantgist
1 eetlepel citroensuiker
1 theelepel karwijzaad
30 gram honing, vloeibaar
20 gram roomboter, gesmolten
420 gram lauwwarm water
vulling:
75 gram rozijnen
75 gram gedroogde krenten
wat bloem van tarwe of rogge om het deeg te bestrooien en wat (koolzaad)olie om te vormen

De bereiding:

De avond van tevoren maak je het desemmengsel, zie hierboven bij  de ingrediënten.
Was en wel de rozijnen en krenten enkele minuten in warm water. Droog ze goed en strooi er een theelepel bloem over en zet ze even apart.
Meng in een grote mengkom het tarwemeel, de bloem en de havermout met een garde en meng  het zout en het gistpoeder, de citroensuiker en het karwijzaad er ook door. Weeg het water af.
Smelt de boter de de honing in een steelpan in een klein beetje van de benodigde hoeveelheid water. Voeg na het smelten hieraan de rest van het koude water toe.
Voeg de zuurdesem bij het meelmengsel in de mengkom.
Als laatste kan het lauwe water met de boter en honing bij het meelmengsel.
Kneed alles enkele minuten rustig door tot een soepel en iets plakkerig deeg, eerst even in de mengkom en daarna op je werkblad. Het deeg stijft op door de havervlokken bij het rijzen. De havervlokken zorgen voor de malsheid dus liefst geen extra meel toevoegen.
Voeg dan de gewelde krenten en rozijnen toe. Werk de vruchten er snel door en laat het deeg dan 1½ uur rijzen onder een grote plastic zak in de mengkom. De mengkom kwast je in met wat olie zodat het deeg minder plakt.

Na de rijstijd stort je het deeg op je werkblad waar wat  bloem op ligt en druk je dit voorzichtig plat.
Verdeel het deeg zonder te kneden in 11 stukken van 120 gram met een deegsteker.
Bol elk deegstuk glad op (zie hieronder) met handen die licht ingevet zijn met wat olie en leg ze op een bakplaat met bakpapier.
Opbollen doe je door met je vingers de zijkanten van de deegstukjes naar beneden te duwen en ondertussen het bolletje rond te draaien. Druk en vouw de zijkanten van de deegstukjes steeds naar het midden zodat alle deegvouwen op een punt komen. Draai het broodje dan om met de vouwtjes naar beneden en druk het dan verder rond tussen je handpalm terwijl het op je werkblad ligt. Leg de broodjes op een bakplaat met bakpapier en druk ze iets platter, ze rijzen straks weer wat hoger.
Al doende leer je dit steeds beter, niet opgeven als je broodjes de eerste keer niet mooi rond zijn geworden, ze smaken toch wel! Een andere techniek voor opbollen op een filmpje vind je hier.
Bestrooi de broodjes met wat (rogge)bloem en maak er vóór het bakken een diagonale snede in met een scherp mesje.

Laat de broodjes 40 minuten narijzen en verwarm de oven in die tijd voor op 200 graden Celsius.
Bak de broodjes in ongeveer 22 minuten gaar bij deze temperatuur en mooi bruin. Maak je de broodjes kleiner, 60 gram, dan wordt de baktijd ongeveer 18 minuten.

Glutenvrije broodjes

In de afgelopen vijf jaren heb ik met glutenvrij meel al een heleboel kleine broodjes voor dasanderekoek gemaakt. Broodjes voor verschillende feestelijke gelegenheden zoals kerst of sinterklaas en valentijn maar natuurlijk ook voor alledag. Vormen en smaken verschillen per broodje en hopelijk is er ook iets lekkers voor jou bij. Ik vond het leuk om ze nog eens overzichtelijk bij elkaar te zetten in onderstaande fotogalerij. Via de verschillende links vind je het bijbehorende recept.

decemberbroodjes voor de feestdagen

decemberbr glu kl

glutenvrije decemberbroodjes, ook geschikt als oliebolletje

pepernotenbroodjes

glutenvrije pepernotenbroodjes

valentijnbroodjes

glutenvrije valentijnbroodjes met kaas

gevulde boekweitbroodjes

boekweitbroodjes met vulling

kruidige glutenvrije boekweitbroodjes met venkelzaadjes en zonnebloempitten

rozijnenbroodjes

rozijnenbroodjes

glutenvrije rozijnenbroodjes gebakken in een muffinvorm

voor alledag:
zonnepittenbroodjes

pittenbroodjes

kleine pittenbroodjes

witte broodjes

witte broodjes

witte glutenvrije broodjes

hartige rijstmuffins

rijstmuffins

hartige glutenvrije rijstmuffins

bruine boekweitbroodjes

boekweitbroodjes stevig

stevige boekweitbroodjes met vulling, heerlijk op vakantie voor onderweg

knapperige boekweitpistolets

boekweitpistolets

glutenvrije boekweitpistolets

haverbroodjes met maanzaad

haverbroodjes met maanzaad

glutenvrije haverbroodjes met maanzaad

vierkante maisbroodjes, een platbroodje

maisbroodjes

knapperige glutenvrije maisbroodjes

pizzabroodjes, ook een platbroodje

glutenvrije pizzabroodjes

glutenvrije pizzabroodjes

 

Boekweitbroodjes gevuld en glutenvrij

Gevulde glutenvrije boekweitbroodjes liggen op de bakplaat en zijn dit keer zijn gebakken zonder bakvorm. Ze hebben hierdoor een heerlijke knapperige korst. Ik bedacht ze speciaal om mee te nemen voor een flinke wandeling zodat we een vullend tussendoortje mee konden nemen. Door de vulling van stukjes abrikoos met zonnebloempitten en het gebruik van de donkere meelsoorten haver en boekweit was dit zeker het geval, we hadden geen last van honger. Venkel en anijszaadjes maken dit broodje net weer een tikje anders van smaak zodat het goed in mijn dasanderekoekblog past. Heb je glutenvrij zuurdesem voorradig dan is het heerlijk om er een eetlepel van aan dit recept toe te voegen.
Gebruik voor hierbij meelsoorten en bakpoeder met een glutenvrije aanduiding. Voor meer informatie over glutenvrij broodbakken: zie stoomcursus glutenvrij bakken.

boekweitbroodjes kl met vulling

kruidige glutenvrije gevulde boekweitbroodjes voor een wandeling of een lunch

Wat heb je nodig voor de glutenvrije gevulde boekweitbroodjes?

200 gram boekweitmeel
125 gram havermeel
75 gram tapiocameel
9 gram fiberhusk
8 gram instantgist
8 gram bakkerszout
8 gram bakpoeder
1 theelepel anijs
1 theelepel venkelzaad
25 gram zachte honing
15 gram olijfolie
350 gram lauwwarm water
eventueel 1 eetlepel glutenvrij zuurdesem voor extra smaak
vulling:
20 gram zonnebloempitten
50 gram gewelde abrikozen
garnering:
2 eetlepels zonnebloempitten
1 theelepel venkelzaadjes

De bereiding:

Zoek eerst alle ingrediënten bij elkaar op je werkblad. Vink alles af wat je hebt toegevoegd dan vergeet je niets. Bekleed een bakplaat met bakpapier. Knip de abrikozen in stukjes zo groot als een rozijn,
Meng de meelsoorten bij elkaar in een grote mengkom en vermeng ze luchtig met een garde. Kneus de zaadjes in een vijzel zodat de smaak vrijkomt. Voeg dan de droge ingrediënten toe: fiberhusk, de gist, zout, bakpoeder, anijs, venkelzaad. Roer dit ook weer goed door.
Voeg dan de honing, olie en het water toe en eventueel de zuurdesem en meng dit zeer goed door elkaar met een siliconen spatel.
Voeg als laatste de vulling van pitten en abrikozenstukjes toe en meng weer alles tot het goed verdeeld is over het deeg. Laat het brooddeeg kort opstijven.

Neem 45 gram deeg per broodje met de spatel en vorm deze met licht vochtige vingers tot een rond deegbolletje. Leg ze op de bakplaat. Maak de deegbolletjes indien nodig bovenop nog wat nat en plak er zonnebloempitten en venkelzaadjes op. Laat ze 40 minuten rijzen op een warme plaats met een grote dunne plastic zak over de bakplaat.
Verwarm de oven voor op 200 graden Celsius. Zet een vuurvast schaaltje met water in de oven voor stoomvorming. Je krijgt zo een lekkere korst en een goede warmteverdeling. Let op voor hete stoom bij het openen van de oven.

Bak de glutenvrije boekweitbroodjes in 18 tot 20 minuten gaar en lichtbruin. Neem ze uit de oven en laat ze afkoelen op een rooster.
Geniet ervan.

Dit vind je misschien ook een leuk recept: glutenvrij boekweitbrood met cranberries

boekweit cranberrie glu kl

stevig glutenvrij boekweitbrood met cranberries

 

 

 

 

 

 

Rozijnenbroodjes – glutenvrij

Deze glutenvrije rozijnenbroodjes zijn licht zoet en zacht van binnen met een lekkere knapperige korst aan de buitenkant. Ze zijn gemakkelijk te maken in een muffinbakblik, daardoor lijken ze net cakejes maar het zijn echte broodjes. Van binnen zijn ze zacht en sponzig door de fijne meelsoorten die er inzitten: tapioca, rijste- en havermeel. Deze samenstelling zorgt voor een verfijnd rozijnenbroodje wat goed zal bevallen als een tussendoortje en natuurlijk smaakt het altijd bij een feestelijke  broodmaaltijd.
Kies alle meelsoorten en het bakpoeder voor dit recept met een glutenvrije aanduiding.
Voor meer tips over glutenvrij broodbakken kun je kijken op de stoomcursus glutenvrij bakken.

glutenvrije rozijnenbroodjes gebakken in een muffinvorm

glutenvrije rozijnenbroodjes gebakken in een muffinvorm

Wat heb je nodig voor 11 glutenvrije rozijnenbroodjes?

110 gram tapioca
110 gram volkorenrijstemeel
110 gram havermeel
7 gram bakpoeder
7 gram instantgistkorrels
7 gram fiberhusk
7 gram bakkerszout
10 gram lichte basterdsuiker
5 gram citroensuiker
20 gram koolzaad- of olijfolie
1/2 ei
40 gram blauwe en gele rozijnen
275 gram handwarm water
garnering:
maanzaadjes

De bereiding:

Vet de muffinvorm goed in met olie.
Zeef en meng de meelsoorten en het bakpoeder samen in een grote mengkom.
Voeg de andere droge ingrediënten toe: bakpoeder, gistkorrels, fiberhusk, zout en suikers en meng alles direct door elkaar met een garde.
Voeg daarna al roerend de olie toe, het ei en het water. Als het deeg wat dikker wordt kun je een siliconen spatel gebruiken om verder te roeren.
Het opgesteven deeg kun je na enkele minuten in de muffinvorm overdoen. Met dit recept vulde ik 11 holtes voor 2/3 vol. Strijk de bovenkant glad met een natte spatel en garneer elk broodje met maanzaadjes.
Laat de broodjes een half uur rijzen, afgedekt met een schone dunne plastic zak, op een tochtvrije warme plaats.

Verwarm de oven voor op 200 graden Celsius en bak de glutenvrije rozijnenbroodjes gaar, goudbruin en geurend in ongeveer 22 minuten.
Geniet ervan. Deze broodjes zijn goed in te vriezen en opgepiept in de magnetron weer heel lekker.

Bruine rozijnenbroodjes – bevat gluten

Weer eens wat anders dan een platte kleffe rozijnenbol uit de winkel! Als je deze bruine rozijnenbolletjes eens heb geproefd en geroken, wil je geen andere meer.  Ze zijn wat luxer dan de bruine bolletjes uit een vorig blogbericht.
De rozijnenbroodjes bevatten naast een meelmengsel van volkorenmeel en bloem en natuurlijk rozijnen: melk, wat boter en een klein beetje suiker. Ze hebben als extraatje een vleugje kardemom. Deze specerij maakt de bekende kaneelbroodjes uit Zweden ook zo lekker. Ik heb de kardemompeulen mee laten trekken in de melk zodat het niet overheerst. Neem lactosevrije melk of een plantaardige melk als je geen lactose kunt verdragen.
Kies een goede kwaliteit rozijnen, de iets duurdere sultana’s die je gewoon in de super vindt, zodat je rozijnenbroodjes heel lekker worden.

luchtige bruine rozijnenbolletjes

luchtige bruine rozijnenbolletjes

Wat heb je nodig voor 15 bruine rozijnenbroodjes?

250 gram volkorenmeel
250 gram tarwebloem
9 gram bakkerszout
7 gram instant gistkorrels
30 gram zachte roomboter of plantaardige margarine
1 eetlepel/10 gram vanillesuiker
300 gram (lactosevrije) melk
3 kardemompeulen
150 gram sultanarozijnen
om te bestrijken: ei

De bereiding:

Was en wel de rozijnen 3 minuten  in heet water of thee. Droog ze daarna goed met een theedoek of keukenpapier en voeg een theelepel meel of bloem eraan toe zodat ze goed verdeeld worden in het deeg. Ze hoeven pas na de eerste rijs worden toegevoegd anders kneed je ze stuk. Zet ze even apart.
Verwarm een deel van de melk in een steelpan met deksel en laat de kardemompeulen even meetrekken. Koel de warme melk af tot lauw door de koude melk er weer bij te doen of zet de steelpan even in koud water en haal de kardemompeulen er uit.
Zeef en meng de meelsoorten in een mengkom zodat het mengsel luchtig wordt. Voeg de gist, zout, vanillesuiker, boter en lauwe melk  toe in een kuiltje in het meel en begin te kneden.
Kneed het deeg tot het soepel aanvoelt, minstens 5 minuten. Dit kan eerst in de kom en daarna op een werkblad. Je mag eraan trekken en duwen om het deeg elastisch te maken. Maak er als het soepel is een ronde bal van en leg het deeg weer in de mengkom.
Neem een dunne schone grote plastic zak en vouw die om de kom.
Zet alles nu op een warme en tochtvrije plek en laat het deeg ongeveer anderhalf uur rijzen. Lang rijzen zorgt voor een soepel en smakelijk deeg.

Kneed het deeg daarna nog een keer goed door op een droog werkblad. Probeer geen meel of bloem meer toe te voegen, daar wordt het deeg droger door. Alleen als het deeg erg plakt aan je vingers kan dit. Maak een grote plak van je deeg en strooi daarover de gewassen en weer gedroogde rozijnen. Draai de plak tot een rol en maak van de rol weer een bol. Kneed dit voorzichtig door totdat alle rozijnen goed verdeel zijn. Je kunt het deeg ook nog eens uit elkaar trekken en weer in elkaar kneden.
Verdeel het deeg in 15 stukjes van 60 gram. Het ziet er mooi uit als alle broodjes even groot zijn.

Laat het deeg nu nog even 10 minuten rusten zodat het soepeler wordt om op te bollen.

Ga nu de broodjes opbollen.
Dit doe je door met je vingers de zijkanten naar onderen te duwen en ondertussen het bolletje rond te draaien. Druk en vouw de zijkanten van het broodjes steeds naar het midden zodat alle deegvouwtjes op een punt komen. Draai het broodje dan om en druk het dan verder rond tussen je handpalmen terwijl het op je werkblad ligt. Leg de broodjes op een bakplaat met bakpapier en druk ze iets platter, ze rijzen straks weer wat hoger. Probeer hierbij de rozijnen zoveel mogelijk in het deeg te laten zitten. Alle rozijnen die straks uit het deeg steken verbranden snel.Duw ze gewoon verder in het deeg terug.
Al doende leer je dit steeds beter, niet opgeven als je broodjes de eerste keer niet helemaal mooi rond zijn geworden, ze smaken toch wel!
Een andere techniek voor opbollen op een youtube-filmpje vind je hier.
Laat de rozijnen deegbolletjes nu 45 minuten  rijzen. Verwarm de oven 10 minuten voor op 200 graden Celsius.
Bestrijk de bolletjes vlak voor ze in de oven gaan met wat losgeklopt ei met iets water. Het kleine beetje water zorgt voor een betere verdeling van het ei bij het bestrijken en het ei geeft een mooie glans.

Bak de bruine rozijnenbroodjes in 14 tot 15 minuten goudbruin en gaar. Ze voelen dan lichter aan. Laat ze uitdampen op een taartrooster.
Ze smaken heerlijk met wat boter maar met kaas of ham en zoet kan ook.

Hartige pizzabroodjes en pizzabodem – glutenvrij

Toen ik laatst een pizza wou gaan bakken en het deeg had gemaakt, kreeg ik dit idee voor deze pizzabroodjes. Het werden hartige glutenvrije platbroodjes met veel krokante korst en dat beviel erg goed. De vier soorten meel die erin zitten, geven net de goede eigenschappen voor een knapperig en  mooi licht deeg. De pizzakruiden en een klein beetje citroensuiker geven een heerlijke smaak. Ik koos een grotere bloemvorm  voor het uitsteken van het deeg en de pizzabroodjes zien er nu zomers en vrolijk uit.
Ze zijn geschikt om mee te nemen naar je werk of een picknick en makkelijk te beleggen of te roosteren. Dit glutenvrije deeg bevat deze keer alleen gist als rijsmiddel en heeft een wat langere rijstijd nodig. Het recept is ook geschikt voor twee glutenvrije pizzabodems.
Kies alle meelsoorten glutenvrij. Kijk ook hier voor informatie over glutenvrije meelsoorten en naar de stoomcursus glutenvrij broodbakken voor extra baktips. Thee- en eetlepels in het recept zijn echte maatlepels.

glutenvrije pizzabroodjes

glutenvrije pizzabroodjes

Wat heb je nodig voor 11 glutenvrije pizzabroodjes of 2 pizzabodems?

50 gram tapiocameel
50 gram havermeel
90 gram maismeel (lichte polentakwaliteit)
70 gram rijstemeel
7 gram fiberhusk
10 gram citroensuiker
5 gram instant gistkorrels
5 gram bakkerszout
1 theelepel pizzakruiden AH, Tiger
mespunt knoflookpoeder
180 gram lauwwarm water
1 ei
1 eetlepel olijfolie
garnering:
eigeel plus water
pizzakruiden AH. Tiger

De bereiding:

Weeg alle ingrediënten nauwkeurig af en doe ze in een mengkom in de volgorde van het recept.
Roer de droge ingrediënten goed door met een garde en als het deeg dikker wordt als je de natte ingrediënten toevoegt, meng je verder met een rubberen spatel.
Laat het deeg 1 uur rijzen op een warme plek, afgedekt met een dunne, schone plastic zak bijvoorbeeld op een pak kranten op een warme radiator of op een  pan met warm water. 

Strooi na het rijzen licht wat maismeel op je werkblad en vlij het deeg hier voorzichtig op.
Niet meer het deeg doorkneden, de gevormde lucht moet zo veel mogelijk behouden blijven.
Druk het voorzichtig plat met vochtige vingers tot een deegplak van 24 centimeter.  Is het deeg toch nog wat te slap dan kun je voorzichtig een beetje maismeel erdoor kneden.
Steek er met een geribbeld rond steekvormpje broodjes uit. Mijn vormpje had een doorsnede van 71/2 centimeter.
Leg de broodjes op een bakplaat met bakpapier. Bestrijk ze met eigeel gemengd met een theelepel water en strooi er wat pizzakruiden over.

Laat de broodjes nogmaals een half uur rijzen op een warme plek.

Verwarm de oven voor op 200 graden Celsius. Zet in de oven een vuurvast schaaltje met water voor stoomvorming. Let op voor hete stoom bij het openen van de oven.
Zet de vormpjes voorzichtig in de oven om de lucht in het beslag te behouden.
De pizzabroodjes zijn gaar, licht in gewicht en goudbruin in ongeveer 15 minuten. Haal de broodjes uit de vorm en laat ze uitdampen op een rooster.
De broodjes zijn goed in te vriezen en ook heerlijk bij een zomerse barbecue.

Het deeg is ook geschikt voor wel twee pizzabodems.
Neem hiervoor na de eerste rijs een vel bakpapier op je werkblad. Verdeel het deeg in twee bollen.
Druk het eerst met je vingers zover mogelijk uit en rol het daarna dunner uit met een deegrol. Probeer zo min mogelijk maismeel toe te voegen. Leg het deeg dan met het bakpapier op de bakplaat en laat het de tweede keer laten rijzen zoals voor de broodjes.
Bak de pizzabodem eerst 8 minuten vóór en daarna beleggen met een gare en warme vulling. Neem niet te veel vulling en maak deze niet te nat dan wordt het een perfecte glutenvrije pizza. Gestoofde of gegrilde paprika, courgette, aubergine met wat geraspte kaas erop bijvoorbeeld is geschikt.  Bak de pizza met de vulling nog ongeveer 7 minuten na, tot de rand goudbruin is en de vulling bubbelt. Zo krijg je deze glutenvrije pizza het knapperigst is mijn ervaring.

Bruine broodjes – bevat gluten

Deze lichte en mooi glanzende bruine broodjes zijn knapperig en hebben een lekker korstje als ze vers worden gegeten. Dit soort eenvoudige gezonde broodjes maakte mijn moeder altijd en met haar samen leerde ik broodbakken. Bijzondere ingrediënten heb je niet nodig om ze te maken maar wel volkorentarwemeel. Lekker vers meel haal je bij de molenaar in de buurt, op internet vind je alle adressen, klik hier. Hoe je de broodjes moet opbollen leg ik ook uit in het recept en ik geef een link naar een filmpje hierover. Bakkerszout heeft de voorkeur boven gewoon zout als je zelf veel brood bakt omdat dit extra jodium bevat. Bak je maar incidenteel zelf brood dan gebruik je gewoon jozozout.
Veel plezier met bakken!

luchtige bruine broodjes

luchtige bruine broodjes

Wat heb je nodig voor 15 bruine broodjes?

250 gram volkorenmeel
250 gram tarwebloem
9 gram bakkerszout
10 gram lichte basterdsuiker
1 theelepel citroensuiker
11 gram instant gistkorrels
20 gram olijfolie of koolzaadolie
300 gram lauwwarm water
1/2 ei met een halve theelepel water om te bestrijken

De bereiding:

Zeef en meng de meelsoorten in een mengkom zodat het mengsel luchtig wordt. Voeg de gist, het zout, de suikers, olie en het lauwwarme water toe in een kuiltje in het meel en begin te kneden.
Kneed het deeg tot het soepel aanvoelt, minstens 5 minuten. Dit kan eerst in de kom en daarna op een werkblad. Je mag eraan trekken en duwen om het deeg elastisch en soepel te maken. Maak er dan een ronde bal van en leg het deeg weer in de mengkom.
Neem een dunne schone grote plastic zak en vouw die om de kom.
Zet alles nu op een warme en tochtvrije plek en laat het deeg ongeveer anderhalf uur rijzen. Lang rijzen zorgt voor een soepel en smakelijk deeg.

Kneed het deeg daarna nog een keer goed door op een droog werkblad. Probeer geen meel of bloem meer toe te voegen, daar wordt het deeg droger door. Alleen als het deeg erg plakt aan je vingers kan dit.
Verdeel het deeg in 15 stukjes van 55 gram. Het ziet er mooi uit als alle broodjes even groot zijn.

Ga nu de broodjes opbollen.
Dit doe je door met je vingers de zijkanten van de deegstukjes naar beneden te duwen en ondertussen het bolletje rond te draaien. Druk en vouw de zijkanten van de deegstukjes steeds naar het midden zodat alle deegvouwen op een punt komen. Draai het broodje dan om met de vouwtjes naar beneden en druk het dan verder rond tussen je handpalmen terwijl het op je werkblad ligt. Leg de broodjes op een bakplaat met bakpapier en druk ze iets platter, ze rijzen straks weer wat hoger.
Al doende leer je dit steeds beter, niet opgeven als je broodjes de eerste keer niet mooi rond zijn geworden, ze smaken toch wel!
Een andere techniek voor opbollen op een filmpje vind je hier.
Laat de bruine deegbolletjes nu weer een half uur rijzen.
Verwarm de oven 10 minuten voor op 200 graden Celsius.
Bestrijk de bolletjes vlak voor ze in de oven gaan met wat losgeklopt ei met iets water. Het kleine beetje water zorgt voor een betere verdeling van het ei bij het bestrijken en het ei geeft een mooie glans.

Bak de bruine broodjes in 15 minuten goudbruin en gaar. Ze voelen dan licht aan. Laat ze uitdampen op een taartrooster.

Deze bruine broodjes smaken lekker met elk beleg bij ontbijt en lunch. Ze zijn ook lekker bij een warme maaltijd of barbecue als bijgerecht.

Muffinbroodjes met quinoa – glutenvrij

Deze heerlijke malse broodjes met gare quinoakorreltjes zijn licht zoet en hebben een lekker krokant kruimellaagje bovenop. De smaakmakers die erin zitten zijn onder andere kaneel en amandel. De gare quinoa die je er voor nodig hebt, kan een rest zijn van het menu van de dag tevoren. De voedzame en trendy graansoort quinoa maakt de broodjes apart, voedzaam en lekker mals. Ze worden gebakken in een muffinblik.
De glutenvrije meelsoorten in dit recept zijn licht van kleur en smakelijk met als luxe meelsoort het amandelmeel. Dit is even geroosterd voor extra smaak.
Al met al feestelijke glutenvrije broodjes.
Kies alle meelsoorten en bakpoeder glutenvrij met het glutenvrije logo.

glutenvrije muffins met quinoa en kaneel

glutenvrije muffins met quinoa en kaneel

Wat heb je nodig voor 12 muffinbroodjes met quinoa?

100 gram havermeel
50 gram volkorenrijstemeel
50 gram tapioca
25 gram geroosterd amandelmeel
9 gram bakpoeder
2 gram / 1/4 theelepel bakkerszout
2 gram fiberhusk
1 theelepel kaneel
100 gram kristalsuiker
80 gram gare quinoa (daags tevoren extra gekookt bij warme maaltijd)
180 gram sojayoghurt
1 ei
50 gram gesmolten plantaardige margarine

garnering kruimellaag:
1 volle eetlepel gare quinoa (neem dit van de 80 gram af)
1 eetlepel amandelmeel
1 eetlepel kristalsuiker
mespuntje kaneel

De bereiding:
Rooster het amandelmeel kort in een droge koekenpan onder voortdurend roeren.
Vet een muffinvorm met antikleeflaag goed in met olie. Doe onderin de vormpjes een klein (vierkant) stukje bakpapier om kleven te voorkomen.
Smelt de margarine in een pannetje. Zet alle ingrediënten klaar.
Vermeng de ingrediënten voor de kruimellaag in een kommetje en houdt dit even apart.
Verwarm de oven voor op 200 graden Celsius.
Weeg alle meelsoorten en het bakpoeder af en meng ze goed door elkaar in een grote mengkom.
Voeg dan het bakpoeder, zout , fiberhusk, kaneel en suiker toe en meng alles door elkaar.
Dan komen de natte ingrediënten erbij: de resterende quinoa, de yoghurt, het ei en als laatste de gesmolten en iets afgekoelde margarine. Met een rubberen spatel kun je alles goed mengen.
De massa is nu kwarkachtig van dikte. Vul nu de holletjes van de muffinvorm voor 2/3 met het deeg.
Verdeel nu het kruimellaagje over de deegbroodjes. Dit laagje wordt straks heerlijk knapperig.
Bak de quinoa-muffins gaar en goudbruin in ongeveer 25 minuten. Even lossnijden aan de zijkanten met een scherp mesje, wip ze uit de vorm, en laat ze afkoelen op een taartrooster. Warm zijn ze ook lekker.

Dit muffinbroodje met quinoa kan als een tussendoortje gegeten worden of bij een feestelijke lunch of ontbijt. Lekker met jam.

Hartige piebroodjes voor Valentijn – bevat gluten

Deze lieve broodjes zijn gemaakt van een hartig piedeeg met gist.
Ze zijn knapperig, smaken heerlijk hartig en zijn strak van vorm.
Deze hartige broodjes smaken zijn lekker als bijgerecht bij een warme maaltijd of om je geliefde eens te verrassen bij het ontbijt of de lunch op Valentijnsdag.
Het kneden van dit deeg moet kort zijn om de vastere structuur te krijgen dus het is vrij snel klaar.
Maismeel geeft een knapperige korst en een mooie gele kleur waarbij de lichte kaassmaak goed aanvult. De zaden en pitten geven het deeg extra bite.
Dit piedeeg met gist is ook geschikt voor een bijzondere pizzabodem. Laat dan de zaden en pitten weg uit het recept.

hartige piebroodjes

hartige piebroodjes voor Valentijn

Wat heb je nodig voor 14 hartige piebroodjes?

7 gram gedroogde gist
50 gram maismeel
50 gram tarwebloem
150 gram fijn volkorentarwemeel
1 eetlepel sesamzaad
1 eetlepel pompoenpitten
2 eetlepel zonnebloempitten
1/2 eetlepel maanzaad
30 gram harde kaaspoeder ( bijvoorbeeld Grozette)
2 eetlepel sinaasappelsuiker
1/2 theelepel zout
75 gram koude plantenmargarine
115 cc water op kamertemperatuur
1 eidooier
olijfolie voor insmeren
garnering:
1 eiwit en 2 eetlepels water
1 eetlepel maanzaad

De bereiding:

Zet alle ingrediënten klaar en weeg ze af. Zorg voor een warme omgevingstemperatuur en vermijdt tocht.
Meng eerst de meelsoorten, het zout en de gist en de sinaasappelsuiker en de kaaspoeder en de zaden en pitten in een grote deegkom door elkaar.
Verdeel de margarine in heel kleine stukjes en meng deze snel met het droge meelmengsel tot een kruimelstructuur.
Voeg aan dit mengsel de eidooier en het water toe en meng dit kort tot een gladde deegbal. Met een mixer of kneedmachine gaat dit snel. Lang kneden hoeft dus niet!
Leg deze deegbal in een kom die met wat olijfolie is ingesmeerd en rol hier de bal doorheen. Dek dit af met huishoudfolie en laat dit 1 uur rijzen.

Kneed het daarna kort door, het deeg moet vast blijven.

Verdeel het deeg in 14 stukjes en maak er daarna strengetjes van (ongeveer 28 gram per stuk). Maak van elk strengetje een hartvorm en knijp onderaan voor een spits uiteinde.
Bestrijk de harten met het eiwit, gemengd met water en bestrooi ze licht met maanzaadjes.
Laat ze een half uurtje afgedekt rijzen.

Verwarm de oven voor op 200 graden Celsius
en bak de piebroodjes in 12 minuten gaar en mooi bruin.
Door het maismeel blijft het deeg wat lichter, de kaas geeft het weer een donkere tint.
De broodjes zijn goed in te vriezen en lekker als ze warm opgediend worden.
Lekker met kaas of met een luxe smeersel zoals humus, een kruidenpesto of een tapenade van olijven of tomaat.

Tip voor carnaval: